Lezing over ‘Leven met en na Auschwitz’ door Herman Teer-höfer.

De titel van de lezing paste bijzonder goed in deze week van herdenking en bevrijding. Daarom werd de lezing ook samen met de oranjevereniging Wilhelmina georganiseerd .
En er was een warme belangstelling vanuit beider ledenkring. Want toen de voorzitter van de heemkundevereniging rond achten het woord nam, was de zaal goed gevuld. Een teken dat, ondanks dat de oorlog al 72 jaar achter ons ligt, het toch bij de mensen leeft en er nog steeds erg veel aandacht voor is. Dit zou ook de drijvende kracht van de spreker blijken te zijn gedurende de avond.  
Het eerste citaat dat hij aanhaalde was: Wie zijn ogen sluit voor het verleden, is blind voor de toekomst.
Herman Teerhöfer, geestelijk verzorger bij de Wever, de koepel voor ouderenzorg in Tilburg en theoloog, zegt over zichzelf:
Een drijfveer van mij is om de mensen en de levensverhalen van Auschwitz’-overlevenden centraal te stellen. Mij fascineert enorm hoe overlevenden zich geestelijk op de been hebben weten te houden en hoe mensen zin hebben gegeven aan hun leven na de oorlog ondanks vele verlieservaringen. Elk levensverhaal (bekend en onbekend) is uniek en is kostbaar als bewijs waartoe mensen in staat waren. Deze getuigenissen blijven een waarschuwing voor intolerantie. Het is een boodschap aan onze huidige generatie en aan toekomstige generaties dat antisemitisme en discriminatie in de breedste zin van het woord niet tolereerbaar zijn. Ook als in de toekomst de laatste overlevenden van Auschwitz overleden zijn, dan zal ik middels dit audiovisuele interviewmateriaal hun stem laten horen en hun een gezicht laten houden!
Dat zal de boodschap van deze avond zijn, deze mensen een stem en een gezicht geven door middel van korte filmfragmenten waarbij de overlevenden zelf hun verhaal deden of antwoord gaven op de vragen van de heer Teerhöfer. Een prachtig indringend beeld van veelal hoogbejaarde mensen. Hij heeft 72 mannen en vrouwen tussen de 81 en 97 jaar oud geïnterviewd. Die -hoe oud en broos ze ook waren of overkwamen- toch nog kracht en vitaliteit uitstraalden om hun levensverhaal met ons te delen. En die zich verbaasden dat ze Auschwitz overleefd hadden. Waarom zij wel en alle anderen niet?
AuschwitzDe spreker laat een aantal overlevenden zelf aan het woord.
Jannie Brandes-Brilleslijper was de helpster van Anne en Margot Frank in concentratiekamp Bergen-Belsen en ook degene die na de oorlog vader Otto Frank de verschrikkelijke boodschap moest brengen dat zijn beide dochters waren omgekomen. Voor haar was het belangrijk dat de oorlog niet vergeten zou worden en dat het verhaal zo eerlijk en nuchter mogelijk wordt doorverteld, het moet niet geromantiseerd maar ook geen horrorverhaal worden .
Leny Boeken-Velleman: "Je oorlogsverleden draag je als een rugzak mee, je hele leven. Er is altijd wel iets wat je eraan herinnert. Als ik mensen dik ingepakt in de sneeuw zie lopen, denk ik: Zo liepen wij ook in de sneeuw, maar zónder die dikke kleren. Het is een wonder dat ik teruggekomen ben. En ik was nooit sterk, altijd ziek. Dat maakt het nog wonderlijker."
Mijn wil om te overleven was dat ik mijn moeder weer wilde zien en haar alles vertellen wat ik had meegemaakt, niet wetende dat zij direct bij aankomst al omgebracht was.
In oktober 1943 werden Max Hamburger en zijn moeder opgepakt en naar kamp Westerbork gebracht. Hamburger was gearresteerd omdat de verzetsgroep waar hij deel van uitmaakte verraden was. Hij werd op 8 februari 1944 op transport gezet naar Auschwitz. Zelf overleefde Max als arts in opleiding. Een tijdlang was hij medisch assistent die de gevangenen op luizen moest controleren. Tegen het eind van de oorlog werd hij overgeplaatst naar verschillende kampen om uiteindelijk in Buchenwald te belanden. Hij was de dood zeer nabij toen hij eindelijk bevrijd werd. Max Hamburger zegt zelf hierover: “Ik heb het overleefd omdat ik moest getuigen over wat ons is aangedaan.”
Zomaar een greep uit getuigenissen van mensen, hun leven en hun verhaal.
Waarom hebben deze mensen Auschwitz overleefd?
Al waren zij verbaasd dat zij het overleefd hadden, toch is er een rode draad te ontdekken in de verhalen die we gehoord hebben. Je moet proberen mens te blijven en elkaar menselijk behandelen ook al werd je door de nazi’s als een nummer gezien. De wil om te blijven leven en te overleven, om getuige te zijn maar ook omwille van je familie.
Kracht vanuit je geloof putten of uit je idealen.
Hoop houden, eens zal er een eind aan komen. In welk werkcommando je ingedeeld werd, maakten de overlevingskansen een stuk groter. Vriendschap, solidariteit, eerlijkheid. Kortom proberen mens te blijven ondanks alles.
We hebben deze avond weer veel gehoord en gezien en het meeste is hier nog niet beschreven. Verhalen en gebeurtenissen waar we misschien wel eens wat over gehoord hebben, maar door deze lezing worden we er weer op geattendeerd dat deze verhalen voor alle tijden zijn en dat we ze moeten doorgeven omdat -en ik citeer een Vlaamse overlevende- iedereen, ondanks ras, kleur en religie gelijk is en elkaar moet respecteren.
Dat is de kern van de boodschap die we deze avond door middel van Herman Teerhöfer en een aantal geïnterviewden gehoord hebben en wat zij aan onze en volgende generaties willen doorgeven.