door Piet van Ferneij

ingesprekmet wimEen TomTom in mijn auto? Nee, nee, nog steeds niet…. Ik ben nog van de generatie van het zelf maar uitzoeken. En als ik er niet uitkom, het dan maar vragen. Vanaf de Hogevaart de Winterdijk oversteken. Dat was me verteld. Daarna dwars door een eindeloos stuk ‘niemandsland’, de Labbegatsevaartweg.
Over de A59 en na zeker weer een kilometer, linksaf. Inderdaad, op een bordje langs de polderweg staat het. Sasweg. In de verte, rechts van de weg ligt een boerderij. Dat moet de boerderij van Wim en Truus Spierings zijn. Nog wat weifelend bel ik aan bij de voordeur van de woonboerderij. Achteraf had ik toch best wel over het boerenerf kunnen lopen. Alhoewel, op de staldeuren stond: ‘alleen te betreden met beschermende kleding.’ Op het erf zag ik een zevental hokken met pasgeboren kalveren, verder een landbouwmachine, een tractor en nog een Mercedes dik onder de vette klei. De bewoners zullen dus wel thuis zijn. Mijn angst voor een waakhond bleek achteraf ongegrond. Het ‘beestje’, dat zag ik pas later, het lag nog bij te komen van het net op de wereld brengen van een vijftal puppy’s.
Wim Spierings, hij kende me alleen van gezicht, begroette me na het ontgrendelen van zijn voordeur. Kom maar binnen. We zitten net aan de koffie. In de keuken zat zijn vrouw Truus en voordat ik ook maar iets kon vertellen wat ik kwam doen en waarom ik zo maar haar domein binnenstapte, vroeg ze mij: “Wie zijde gij?” Na zo het een en ander over mezelf verteld te hebben, had ik haar vertrouwen wel gewonnen en werd het ook haar duidelijk, dat ik van ‘de heemkunde’ kwam. Om een afspraak te maken voor een…. In gesprek met..….en voor plaatsing in Het Kostersluik.

Een week later is het dan zover. Op een donderdagmorgen precies om half elf. Dat kwam met het oog op de werkzaamheden op de boerderij het beste uit. Opnieuw zitten we aan de koffie weer met een kuukske en weer aan de keukentafel. Gezellig, vertrouwd. “Best wel mooi, dat wij nu ook eens wat over ons boerenleven kunnen vertellen en dat het nog in Het Kostersluik komt te staan ook.”
Vertel me nou eens, hoe komen jullie hier in deze polder terecht?”
“Nou, dat is gauw gezegd. Mijn vader, Kees Spierings had een boerderij aan de Heistraat 87. Ook Truus is een geboren Capelse. Haar vader was de kolenboer Piet Dekkers van de Nieuwevaart. Door de ruilverkaveling in de jaren zeventig werd het mogelijk, dat wij ons hier aan de Sasweg konden vestigen. Dat

“Vroeger heb ik op school geleerd: landbouw, veeteelt en gemengd bedrijf. Is dat nog zo? Hoe is dat hier?”
“Ja, wij hebben een melkveebedrijf. Er staan nu ongeveer 100 koeien op stal en een 50 à 60 kalveren, die voor de voortgang van het bedrijf nodig zijn. Verder verbouwen we wat mais en we zorgen voor gras. Het is een echt gezinsbedrijf. Iedereen werkt mee. Truus, mijn zoon en onze drie dochters. Iedereen heeft zo zijn taak, nou ja, immers dagelijks moet er volgens een vast schema worden gewerkt. Alles moet kloppen, veel is gelukkig geautomatiseerd. Maar menselijke handen blijven altijd noodzakelijk. ”En je contacten met de landbouworganisaties, de leden, met de waterschappen?

was in 1978. De families Timmermans en Heijmans waren de eersten. In het begin was hier niets, geen verlichting niets, alles was nog kaal en grijs. Soms reden we in de mist ons huis voorbij.”

Hoe moet ik me dat voorstellen?”
“Meer dan 30 jaar bekleedde ik bestuurlijke functies. Zowel in de dagelijkse als in de algemene besturen. Het was jarenlang bijna mijn dagtaak. Zonder mijn vrouw en de kinderen had ik dat nooit kunnen doen. Veel vergaderen en afstemmen. Bij fusiebesprekingen ging het er vaak heftig aan toe, mede door cultuur en kerkelijke verschillen. Bij het ontstaan van de ZLTO, door het samenvoegen van de landbouworganisaties ZLM, NCB en de CBTB werd ik voorzitter van de ZLTO Waalwijk - Geertruidenberg. Samen vertegenwoordigen we hier zo’n 95 ondernemers. Ook bij het samenvoegen van de waterschappen tot Waterschap Brabantse Delta was ik nauw betrokken. Maar mijn mooiste tijd had ik bij Waterschap de Dongestroom. Bij de Rabobank De Langstraat, voor de kern Sprang-Capelle, ben ik nu ledenraadslid. Los van het feit, dat een aantal jaren geleden MS bij me werd geconstateerd, heb ik sinds kort wat bestuurlijke functies af gestoten. Het was wel genoeg. Het werk in het bedrijf vraagt nu ook meer mijn aandacht. Stom verbaasd was ik een paar jaar geleden, iedereen wist het natuurlijk al, dat burgemeester De Geus me een lintje zou gaan opspelden. Jawel, ik kreeg een koninklijke onderscheiding en daar ben ik nog steeds wel een beetje, een beetje veel trots op.”
“En dan de MKZ crisis, nu al weer ruim tien jaar geleden. Daar hebben jullie zeker de nodige slapeloze nachten van gehad?”
“Wat, slapeloze nachten? Dat is wel de meest heftige periode in ons bestaan geweest. Zowel de weken voor als na de ruimingen. Wat een spanning, wat een ellende bij onze leden.
Ons bedrijf kon gespaard blijven. We lagen net buiten de ‘ruimgrens’. In totaal zijn ongeveer 800 beesten in de regio geruimd. Wij van de ZLTO met name, ook de betrokken overheidsinstanties, zowel de landelijke als regionale, inclusief onze burgemeester Van Schaik, hij tevens hoofd van de politie. Ook de kerken waren er bij betrokken.
Financieel is het achteraf voor de betrokkenen na de ruimingen nog goed gekomen.
Wat een impact, enorm. Zoiets blijft je bij. Altijd.”
“Jullie wonen hier nogal afgelegen. Hoe ging en gaat het in de omgang en de contacten met jullie dorpsgenoten? Hoe gingen jullie kinderen hiermee om?” “Nou, dat heeft nooit enig probleem opgeleverd. Logisch was natuurlijk wel, dat de contacten in de loop der jaren wat minder werden, maar dat heeft niemand als een probleem ervaren. We waren hier al die jaren namelijk allemaal nogal druk. En de kinderen van de Sasweg?Op één na zijn die nu al weer zo rond de dertig. Zij fietsten altijd samen op naar hun scholen in Sprang-Capelle en Waalwijk. Inmiddels hebben de meesten nu zelf een gezin.”
“En onze heemkundevereniging?”
“Geweldig, eigenlijk alles wat er in de loop der jaren verschenen is hebben we. En dan die boeken; Sprokkels uit de Capelsedreef en Bedrijvigheid in de Twintigste Eeuw in
Sprang-Capelle. Het Kostersluik voorziet ons van het laatste nieuws, met nu in het laatste nummer weer de jaaragenda met de activiteiten voor 2012. En als er nu iets te beleven valt, dan wil ik er wel graag bij zijn. Daar had ik vroeger geen tijd voor.”
“Ik denk zo, dat onze leden nu wel een aardige indruk hebben gekregen van ‘jullie’ leven hier aan de Sasweg. Nu de foto nog voor het Kostersluik.”